CHARLIER - SOURISSE - WINSBERG - LE MONDE À L’ENVERS

Artiest info
Website
 
Label : Gemini Rec.
Distr. Xango

Gedurende meer dan 30 jaar en ruim 1000 concerten hebben drummer André Charlier en pianist/organist Benoit Sourisse een muzikale en menselijke relatie als duo of zoals hier in trio vorm met gitarist Louis Winsberg op cd 1 “Trio” en cd 2 “Acoustic Band” met een grotere bezetting en vocalisten. Charlier is geboren in Verviers in 1962, hij begon met drummen in1978, studeerde aan het conservatorium van Luik, in 1985 vertrok hij naar Los Angeles om te studeren aan het Music Institute. Hij was jarenlang de compagnon van violist Didier Lockwood met wie hij diverse albums opnam, evenzo met grootheden als Michel Petrucciani, John Scofield, Toota Thielemans en Philip Catherine e.v.a. Philip Sourisse geboren in Grenoble in 1964 speelde eveneens met Lockwood (1993-2018) en deelde de studio met prestigieuze musici als Toots Thielemans, John McLaughlin, Steve Gadd, Phil Collins, maar ook gezien zijn liefde voor de blues, met Mighty Mo Rodgers en Jean-Jacques Milteau. Hij is ook mede oprichter van Captain, een Franse Rhythm & Blues groep die gedurende 25 jaar meer dan 1300 concerten gaf en 5 cd’s opnam. Gitarist Louis Winsberg is geboren in Marseille in 1963, in 1987 verscheen zijn eerste album als leider. Op 12 jarige leeftijd begon hij met een aantal gypsy vrienden de groep Los Reyes die later bekend zouden worden als de Gypsy Kings. In 1984 vormde hij met Jean-Pierre Como en Paco Sery de Sexun Group waarmee hij 9 albums maakte en veel tournees. Hij werkte met Marc Berthoumieux, Claude Nougaro en Michael Sanchez e.v.a, veel succes had hij met zijn groep Jaleo.

Zoals eerder vermeld gaat het hier om twee cd’s die totaal verschillend zijn, op cd 1 gaat het om een “old fashioned” orgel-gitaar trio, zoals inmiddels bekend verondersteld mijn “secret pleasure”. André Benoit en Louis gaan van start met het (uiteraard) swingende “L’Indomptable afrobeat”, ontembaar is de muziek zeker, terwijl drums en orgel gestaag doorjassen, legt Louis er nog een spetterende gitaarpartij overheen. Het tempo zakt in de “FFF Blues”, inderdaad een blues van het zuiverste water waarin het wederom genieten is van het snarenspel van Winsberg. In “Soul Boxes” gaat het richting funk met een rock solo van Louis en een pittige drumsolo van André. “Les désirs de Tantale” gaat in de richting van gitaristen als McLaughlin en Scofield, knap gedaan. “M’dout Masaï” heeft psychedelische trekjes, Afrika herken ik niet. “Tu te souviens ?” heeft een tekst voorgelezen door Tchéky Karyo. In “Gil et John” en vooral “The Dawning” wijken we af van het doorgaans stomende spel van een trio in deze bezetting, hier introverte verstilde klanken met sfeervol gitaarspel. Met het soepel swingende en vrolijk voort huppelende “Maracatu mangé” wordt CD1Trio afgesloten.

Alle nummers die op cd1 langs zijn gekomen, staan ook op cd2 Acoustic band, echter zoals gezegd in een totaal andere bezetting en tot mijn schrik in omgekeerde volgorde. André, Benoît ( nu op piano) en Louis (op verschillende gitaren, mandoline en cavaquinho) zijn nog steeds aanwezig met Stéphane Guillaume (tenor en sopraansax, klarinet en fluit), Jean-Michel Charbonnel (contrabas) en zang van o.a. Malou Oheix en Jean-Luc Di Fraya. Het begint nu met “Maracatu mangé” een vrolijk aanstekelijk nummer met fraai fluitspel en knap akoestisch gitaarspel met woordloze zang van Malou Oheix, waar ik overigens geen liefhebber van ben, scat is o.k. maar niet dit oeverloos geneurie. “Gandy Dancers is nu het tweede nummer, niet onaardig maar het duet tussen el. gitaar en contrabas is niet echt s s spannend en het saxspel van Guillaume is in mijn oren te vlak. ”Tu te souviens ?” wordt hier gebracht door ene Berline die er een sexy touch aan geeft. “M’dout Masaï” is hier een loom nummer met leuke loopjes maar helaas weer met dat modieuze geneurie. In “Les désirs de Tantale” neemt Bendik Hofseth de tenorsax voor zijn rekening en dat klinkt overigens sterker als Guillaume, maar helaas draagt hij ook nog voor, allemaal te pretentieus. “Soul Boxes” komt wel in de buurt van de versie op CD1 maar heeft meer Latin invloeden dan funk, overigens is Sourisse een perfecte pianist en Guillaume laat hier horen dat hij best wel stevig kan uithalen. “FFF Blues” krijgt hier ook een prima uitvoering, ditmaal meer jazzy. “Líndomptable afrobeat” legt het duidelijk af tegen de uitvoering op CD1 ondanks een goede solo op sopraansax maar er moet weer zo nodig geneuriet worden. Er had een fantastische cd gemaakt kunnen worden van dit materiaal, nu is er duidelijk op twee paarden gewed met teveel gladde geluiden op CD2, jammer !

Jan van Leersum.